Je had beter een krantenwijk kunnen nemen….

Trilogie deel 1: Je had beter een krantenwijk kunnen nemen….

Pieter bouwt appjes. Je kunt bij hem een idee neerleggen en hij bouwt het voor je. Niet alleen voor jou trouwens, vooral voor grote internationale bedrijven. Best een coole klant, vond ik. Hij kwam bij mij omdat hij volgens eigen zeggen ‘niks met cijfers had’.  Met een omzet van ruim 3 ton in 2017 en groeiende, voelde hij wel dat hij die cijfers in de vingers moest krijgen. Er bleef onderaan de streep te weinig over en de onrust over de financiële kant van de zaak nam toe.

Ik ging op bedrijfsbezoek. Dat vind ik belangrijk. Om letterlijk een beeld te hebben van het bedrijf van mijn klant.

Pieter had een gigantische garage naast zijn kantoor. En in die garage stonden naast twee grote servers ook twee Volkswagen busjes. ‘Mooie busjes’, zei ik. Pieters ogen lichtten op. Deze busjes waren zijn passie. Hij genoot ervan eraan te klussen, ‘Maar,’ betrok zijn gezicht: ‘ik heb geen tijd meer voor mijn busjes. Ik werk 14 uur per dag’. Dat deed pijn. Dat voelde ik. En mijn drive om Pieter te helpen grip te krijgen op zijn cijfers nam alleen maar toe.

We liepen zijn kantoor in. En hij vertelde me hoe hij zijn boekhouding deed. Zijn verhaal was niet uniek. De boekhouding kostte hem veel energie. Aan het einde van het kwartaal trok hij overal bonnetjes vandaan zodat de btw-aangifte de deur uit kon. Hij kon me niet vertellen hoeveel hij nog tegoed had van klanten. Hij checkte dagelijks zijn banksaldo, en als er wat binnenkwam haalde hij opgelucht adem – dan kon hij zelf de facturen betalen. Alhoewel daar letterlijk veel winst te behalen viel (want het niet op orde hebben van de processen kost zowel hem als zijn accountant heel veel tijd, en dus gewoon keiharde euro’s!); nog zorgelijker was zijn gebrek aan inzicht.

Toen ik vroeg wat zijn marge was op de appjes moest hij me het antwoord schuldig blijven. Hij huurde veel ‘handjes’ in. Slimme jongens en meisjes die hem hielpen met het ontwikkelen van de software. Ook de IT-investeringen logen er niet om. Maar hoeveel winst hij maakte, daar had hij geen beeld van. Ook de rapporten van de accountant gaven geen helderheid. Het laatste rapport was uit 2015! Aangezien ik geen archeologie bedrijf heb, had ik daar niet zoveel interesse in. ‘Het is wel een goede accountant hoor’, liet Pieter me weten. ‘Ook niet goedkoop. Ik betaal bijna 7.000 euro per jaar.’ 7.000 euro voor het opgraven van dinosaurussen… Argh. De situatie werd met de minuut ernstiger.

Wat is je salaris? Vroeg ik, om toch een beeld te krijgen wat het bouwen van appjes nu eigenlijk in het laatje bracht. ‘Geen’. Zei hij. ‘We leven op het salaris van mijn vrouw. Ik investeer alles terug in mijn bedrijf’. Nu weet ik dat ‘investeren’ vaak een eufemisme is voor ‘kosten, kosten en nog eens kosten’ dus ik ging me als maar meer zorgen maken. Hier stond een man met een passie. Hij was de beste appjesbouwer in het land. Hij kon klanten vinden en hij kon verkopen. 3 Ton omzet komt tenslotte niet uit de lucht vallen. Tegelijkertijd had hij geen idee waar hij stond, waar hij heen wilde en aan welke knoppen hij moest draaien. Zijn accountant hielp hem daar ook niet bij, die liep 2 jaar achter de feiten aan. En de combinatie van een ouderwetse accountant en het ontbreken van de juiste processen kostte hem nog eens handen vol geld op de koop toe. Hij had geen tijd voor zijn hobby en zijn vrouw moest voor het inkomen zorgen.

Maar er was iets wat bijna nog zorgelijker was. Pieter was zich niet bewust van het feit dat hij een financieel zwaar ongezond bedrijf runde. Hij dacht dat het goed ging (want hoge omzet) en dat hij goed bezig was (want hij ‘investeerde’ alles terug in zijn bedrijf). Maar een bedrijf wat geen winst maakt is geen goed bedrijf. Een bedrijf wat niet voor jou zorgt, is geen goed bedrijf. Pieter was niks aan het opbouwen, hij was een geldverslindend monster aan het creëren. Maar Pieter zelf leek de ernst van de situatie niet in te zien. Hij deed het zo al 5 jaar. Hij had aanzien in de markt. Hij was de beste van het land. Het drong niet tot hem door dat hij in essentie niks had opgebouwd. Als hij op vakantie ging, lag de tent stil. Zonder Pieter geen bedrijf. En met Pieter eigenlijk ook niet. Als laatste poging om Pieter de ernst van de zaak te laten inzien zei ik: ‘Pieter, als jij vijf jaar geleden een krantenwijk had genomen in plaats van dit bedrijf te starten, dan had je nu meer geld gehad en dan had je 12 uur per dag aan je busjes kunnen klussen’. Ik zag hem schrikken. Maar het was wel een soort schrik gecombineerd met ongeloof. Auch.

We maakten een vervolgafspraak bij zijn accountant. Om te weten waar we heen moesten, moest ik toch echt eerst weten waar we stonden.

Lees welk drama zich daar voltrok in deel 2 van de trilogie!

Wil je vaker verhalen, tips en aanbiedingen in je mailbox ontvangen? Schrijf je dan hier in voor de nieuwsbrief van Healthy Finance:

Naam E-mailadres

.

PS: Vind je dit een leuk verhaal?
Deel het dan op Facebook, Twitter of LinkedIn via de onderstaande sharebuttons!

2 antwoorden

Trackbacks & Pingbacks

  1. […] Ik zeg het eerlijk, in het begin liep ik ook in deze valkuil. Je bent ondernemer en je wilt geld verdienen en hé iedere klant is dan welkom. Inmiddels weet ik wel beter, als ik hoor dat iemand heel veel omzet maakt, dan vraag ik eerst verder. Welke investeringen en kosten staan hier tegenover? Want als je veel omzet maakt en je maakt ook veel kosten, dan blijft er onder de streep teleurstellend weinig over. En wat heb je dan? In feite heb je dan heel hard gewerkt voor niks. Femke Hogema heeft hier een mooie blog over geschreven ‘Je had beter een krantenwijk kunnen nemen‘. […]

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

*

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.